piepen

als woordenboektrefwoord:

piepen:
(gepiept), een rijn, scherp geluid doen horen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

piepen (ww) :
krassen, knarsen, kraken, fluiten
piepen (ww) :
koekeloeren, gluren, loeren
piepen (ww) :
fluisteren, zeggen
piepen (ww) :
klagen, jammeren
piepen (ww) :
jassen, schillen
piepen (ww) :
wegglippen
piepen (ww) :
tjilpen
piepen (ww) :
poffen
piepen (ww) :
slapen
piepen (ww) :
stelen

als synoniem van een ander trefwoord:

slapen (ww) :
snurken, rusten, overnachten, pitten, sluimeren, in slaap zijn, dutten, piepen, maffen, dommelen, doezelen, stilliggen, soezen, tukken, meuren, kofferen, platliggen, luimen, keveren
klagen (ww) :
mopperen, grommen, huilen, brommen, mekkeren, piepen, knorren, loeien, jammeren, kermen, zaniken, weeklagen, jeremiëren, lamenteren, mommelen, mummelen, urmen
urmen (ww) :
klagen, mekkeren, mieren, zeuren, piepen, zaniken, zemelen, miepen
kraken (ww) :
breken, knarsen, piepen, dreunen, knappen, knakken, kermen
sjilpen (ww) :
piepen, fluiten, tjilpen
poffen (ww) :
braden, piepen

woordverbanden van ‘piepen’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
woordcombinaties:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.