bink

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

bink (zn) :
stuk, kerel, vent, man, gozer, macho
bink (zn) :
politieagent

als synoniem van een ander trefwoord:

politie (zn) :
politieman, agent, kip, wetsdienaar, smeris, bink, diender, flik, juut, tuut, sjouter, politiebeambte, politieambtenaar, glimmerik, gerechtsdienaar, wout, pandoer, klabak
man (zn) :
meneer, kerel, baas, mijnheer, heer, gast, vent, heerschap, snuiter, bink, kinkel, pief, manspersoon, broger, basserool, kadee
kerel (zn) :
vrijer, knaap, klant, knul, gast, vent, peer, man, knakker, gozer, postuur, heerschap, snuiter, bink, pief, pee, kastaar, kadee
politieagent (zn) :
politie, politieman, agent, kip, stille, smeris, bink, diender, flik, tuut, gardevil, blauwe, wout, koddebeier, klabak
uitsmijter (zn) :
portier, patser, bink

woordverbanden van ‘bink’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0026 c