bonken

als trefwoord met bijbehorende synoniemen: niet gevonden.

als synoniem van een ander trefwoord:

vrijen (ww) :
naaien, pakken, wippen, rammen, nemen, pompen, poepen, knuffelen, bibberen, liefhebben, bonken, flikflooien, palen, neuken, bijslapen, beminnen, pezen, soppen, ketsen, seks hebben, rollebollen, fokken, vogelen, liefkozen, bonzen, seksen, emmeren, kieren, kroelen, minnen, vozen, rampetampen, tortelen, dreutelen, minnekozen, kezen, flensen, coïteren, bedvogelen, fleppen, geslachtsgemeenschap hebben, de geslachtsdaad verrichten, figuurzagen, cohabiteren
neuken (ww) :
naaien, pakken, wippen, rammen, nemen, pompen, poepen, vrijen, bibberen, van bil gaan, bonken, palen, bijslapen, naar bed gaan met, slapen met, beminnen, pezen, soppen, ketsen, rollebollen, vogelen, seksen, emmeren, kieren, minnen, vozen, rampetampen, poken, dreutelen, kezen, flensen, coïteren, een beurt geven, de geslachtsdaad verrichten, cohabiteren, geslachtsgemeenschap hebben, het doen, een punt zetten, fleppen
slaan (ww) :
kloppen, jagen, trommelen, tikken, bonken, bonzen, pulseren, rikketikken, palpiteren
bonzen (ww) :
stoten, stompen, slaan, botsen, kloppen, beuken, bonken, ploffen, dreunen
beuken (ww) :
schieten, slaan, rammen, timmeren op, hameren, bonken, bonzen, rammeien
stompen (ww) :
stoten, slaan, boksen, porren, bonken, neuken, bonzen

woordverbanden van ‘bonken’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.004 c