dromerig

als woordenboektrefwoord:

dromerig:
bn. bw. slaperig, suf; niet helder van geest.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

dromerig (bn) :
slaperig, soezerig, suffend
dromerig (bn) :
afwezig, verstrooid
dromerig (bn) :
peinzend, mijmerend

als synoniem van een ander trefwoord:

slaperig (bn) :
traag, dromerig, slaapdronken, suffig, loom, doezelig, lodderig, lethargisch, soezerig, somnolent, dommelig, indolent, dodderig, vakerig
suf (bn) :
dromerig, duizelig, verward, versuft, loom, soezerig, sufferig, dodderig, verduft
verstrooid (bn) :
afwezig, vergeetachtig, dromerig, duf, absent, distract, afgetrokken
afwezig (bn) :
dromerig, verstrooid, onoplettend, gedachteloos, distract
romantisch (bn) :
dromerig, dweperig, gevoelvol
gedachteloos (bn) :
afwezig, dromerig

woordverbanden van ‘dromerig’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

De slaperige heeft behoefte aan slaap, de droomerige is niet goed uitgeslapen, of nog niet recht wakker. Een droomerig mensch is dus hij, die lui en traag is, als iemand, die pas is opgestaan en nog als 't ware droomt; die wel aan allerlei dingen denkt, doch niet met duidelijkheid en klaarheid. Slaperig, in figuurlijken zin, sufferig of soez(er)ig is hij, die bij zijn werk suft, alsof hij half in slaap was, en dus noch aan zijn werk, noch aan iets anders denkt.

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0031 c