factor

als woordenboektrefwoord:

factor:
m. (-en), samensteller van een product; medewerkende omstandigheid.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

factor (zn) :
ingrediënt, element, onderdeel, component, bestanddeel, constituent
factor (zn) :
oorzaak, kracht, omstandigheid, beweeggrond, medeoorzaak
factor (zn) :
vertegenwoordiger, zaakgelastigde, factoor
factor (zn) :
postbode, brievenbesteller, facteur
factor (zn) :
vermenigvuldigingsfactor
factor (zn) :
toneelmeester

als synoniem van een ander trefwoord:

onderdeel (zn) :
bouwsteen, stuk, detail, portie, ingrediënt, stap, eenheid, aandeel, aspect, element, fractie, factor, stukje, fragment, component, segment, part, bestanddeel, onderafdeling
component (zn) :
ingrediënt, element, grondstof, factor, onderdeel, bestanddeel, constituent
element (zn) :
bouwsteen, kracht, ingrediënt, aspect, deel, factor, onderdeel, component
factoor (zn) :
vertegenwoordiger, factor, zaakgelastigde
omstandigheid (zn) :
geval, voorval, feit, factor, bijzonderheid

woordverbanden van ‘factor’ grafisch weergegeven

zie ook:

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0033 c