kansel
als woordenboektrefwoord:
- kansel:
- m. (-s), predikstoel.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
- kansel (zn) :
- preekstoel, katheder, spreekgestoelte, cathedra
als synoniem van een ander trefwoord:
- cathedra (zn) :
- katheder, kansel, spreekgestoelte
- katheder (zn) :
- kansel, spreekgestoelte, cathedra
woordverbanden van ‘kansel’ grafisch weergegeven
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 296:
kansel, predikstoel, spreekgestoelte
bij andere sites:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
overige:
debug info: 0.0027 c
