reinigen

als woordenboektrefwoord:

reinigen:
(gereinigd), schoonmaken; louteren.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

reinigen (ww) :
kuisen, opknappen, purificeren, schonen, schoonmaken, schoonwassen, schrobben, stomen, vagen, vegen, wassen, zuiveren
reinigen (ww) :
zuiveren

als synoniem van een ander trefwoord:

schoonmaken (ww) :
afbijten, afborstelen, afdoen, afnemen, afspoelen, afvegen, boenen, kuisen, leeghalen, ontsmetten, opkuisen, opschonen, poetsen, reinigen, schrobben, schuren, spoelen, stoffen, uitbaggeren, uitmesten, vagen, vegen, wassen, zuigen, zuiveren
opknappen (ww) :
bijlappen, bijwerken, herstellen, in orde brengen, moderniseren, opkalefateren, opkuisen, oplappen, opruimen, politoeren, reinigen, repareren, restaureren, verbeteren, verfraaien, vernieuwen
zuiveren (ww) :
affineren, klaren, kuisen, louteren, ontsmetten, poetsen, reinigen, schonen, schoonmaken
afvegen (ww) :
afboenen, afwissen, reinigen, schoonmaken, schoonvegen, vegen, wegvegen
wassen (ww) :
afwassen, plodderen, reinigen, schoonmaken, spoelen, uitwassen
vagen (ww) :
reinigen, schoonmaken, schoonvegen, vegen, verwijderen
doen (ww) :
kuisen, reinigen, opruimen, schoonmaken, wegruimen
uitbranden (ww) :
reinigen, schoonbranden, zuiveren
kuisen (ww) :
poetsen, reinigen, schoonmaken
doorsteken (ww) :
doorprikken, reinigen

woordverbanden van ‘reinigen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

reinigen
verontreinigen, vervuilen

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.003 c