spot

als woordenboektrefwoord:

spot:

m. honende scherts.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

spot (zn) :

sarcasme, ironie, scherts, farce, schimp, schimpscheut, spotternij, bespotting

spot (zn) :

reclamespot, STER-spot, reclamefilmpje, reclameboodschap

spot (zn) :

spotlight

als synoniem van een ander trefwoord:

scherts (zn) :

onzin, mop, grap, dwaasheid, aardigheid, spot, gekheid, plagerij, kwinkslag, boert, luim, spotternij, raillerie, grappigheid, plaisanterie, kortswijl

hoon (zn) :

spot, belediging, verachting, smaad, schimp, krenking, insult, schimpscheut, affront

schijnwerper (zn) :

spot, zoeklicht

ironie (zn) :

spot

woordverbanden van ‘spot’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 257:

in de Woordenlijst onnodig Engels:

spot  zn.:

1 schijnwerper, richtlicht, lichtbundel; 2 reclamefilmpje; reclameboodschap; 3 plek(je), stip; plaats, gebied

woorden met een verwante vorm:

zie ook:

bij andere sites: