vormelijk

als woordenboektrefwoord:

vormelijk:
bn. bw. (-er, -st), in de vorm.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

vormelijk (bn) :
ceremonieus, formeel, officieel, voorgeschreven
vormelijk (bn) :
plechtig, plechtstatig, stijf

als synoniem van een ander trefwoord:

plechtig (bn) :
ceremonieel, deftig, ernstig, feestelijk, gewichtig, gewijd, officieel, plechtstatig, pompeus, statig, stemmig, verheven, vormelijk
stijf (bn) :
afgemeten, afstandelijk, burgerlijk, deftig, koel, pruikerig, stug, trutterig, vormelijk
koel (bn) :
afstandelijk, gereserveerd, ijzig, kil, klinisch, kortaf, vormelijk
formeel (bn) :
conventioneel, formalistisch, stijf, vormelijk
hoofs (bn) :
beleefd, hoffelijk, vormelijk, wellevend
pertinent (bn) :
formeel, uitdrukkelijk, vormelijk
officieel (bn) :
formeel, plechtig, vormelijk
formalistisch (bn) :
formeel, vormelijk

woordverbanden van ‘vormelijk’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

vormelijk
amicaal, gemeenzaam, onvormelijk

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0032 c