wedervaren

als woordenboektrefwoord:

wedervaren:
(wedervoer, wedervaren), overkomen.
wedervaren:
o. lotgevallen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

wedervaren (zn) :
avontuur, gebeurtenis, lotgeval
wedervaren (zn) :
gebeuren, overkomen

als synoniem van een ander trefwoord:

belevenis (zn) :
avontuur, ervaring, evenement, gebeuren, gebeurtenis, lotgeval, perikel, wedervaren, wederwaardigheid
gebeurtenis (zn) :
aangelegenheid, feit, feitelijkheid, gebeuren, gelegenheid, moment, ontwikkeling, voorval, wedervaren
avontuur (zn) :
belevenis, evenement, lotgeval, wedervaren, wederwaardigheid
gebeuren (ww) :
geschieden, gevallen, omgaan, optreden, passeren, plaatsgrijpen, plaatshebben, plaatsvinden, spelen, toegaan, vallen, verlopen, voorkomen, voorvallen, wedervaren, zich afspelen, zich voltrekken, zich voordoen
overkomen (ww) :
gebeuren, geschieden, miskomen, treffen, voorhebben, wedervaren

woordverbanden van ‘wedervaren’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Het plaats hebben van iets in betrekking tot een persoon. Ge beuren kan dit uitdrukken zoowel in gunstigen als ongunstigen zin, en wordt gebezigd om de verschillende lotswisselingen, die iemands levensloop uitmaken, aan te duiden. Gebeuren met het bijdenkbeeld, dat de persoon, wien iets gebeurt, daarvan voordeel of genoegen heeft, is nu vrij wel verouderd; het wordt dan meestal vervangen door te beurt vallen, dat vroeger zoowel in gunstigen als ongunstigen zin kon voorkomen, maar nu slechts in gunstigen zin gebruikt wordt, evenals ten deel vallen. Van dit laatste verschilt het in zooverre, dat te beurt vallen gezegd kan worden van alles, wat ons tengevolge eener gunstige lotsbeschikking overkomt, terwijl ten deel vallen bijna uitsluitend van stoffelijke zaken gezegd wordt. Overkomen wordt gebruikt van gebeurtenissen van onaangenamen aard, die iemand treffen, zonder dat hij bij machte is ze af te weren. Bij bejegenen denkt men aan eene ongewone en onverwachte gebeurtenis; hierbij staat het begrip van het noodlottige niet op den voorgrond. Nog minder is dit het geval bij ontmoeten, terwijl bij wedervaren meer aan iets merkwaardigs of belangrijks gedacht wordt.

wedervaren, bejegenen, overkomen

worden gebruikt van de lotgevallen, de ontmoetingen die iemand heeft. Bejegenen en overkomen onderstellen dat deze van een onaangenamen aard zijn. De reiziger, die verhaalt, dat hem niets bejegend of overkomen is, wil zeggen, dat hij geen onaaangename ontmoeting heeft gehad. Wedervaren laat dit in het midden. Zoo iets is mij nog nooit overkomen. Dat is mij nooit wedervaren.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 332:

wedervaren, bejegenen

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0036 c