N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor braken.
braken (ww):
overgeven(nl) (ov) het verwijderen van voedsel en/of andere stoffen uit de maag via de mond en soms de neus..
(de) umgangssprachlich: sich übergeben; sich erbrechen.
(en) vomit.
(en) vomit.
(en) medicine: to void or evacuate; to defecate or vomit.
(en) regurgitate the contents of a stomach.
(de) —.
(lt) lt.
(fr) Rejeter convulsivement par la bouche.
(sv) utstöta innehållet i magsäcken., kotsen(nl) (ov) het verwijderen van voedsel en/of andere stoffen uit de maag via de mond en soms de neus..
(en) vomit.
(en) to vomit.
(en) vomit.
(en) regurgitate the contents of a stomach.
(de) —.
(lt) lt.
(fr) Rejeter convulsivement par la bouche.
(pl) —., vomeren(nl) (ov) het verwijderen van voedsel en/of andere stoffen uit de maag via de mond en soms de neus..
(fr) Rejeter convulsivement par la bouche.
(sv) utstöta innehållet i magsäcken., brakelen(nl) (ov) na het roten kneuzen of breken van vlas- of hennepstengels., breken(nl) (ov) na het roten kneuzen of breken van vlas- of hennepstengels., spuwen(en) vomit.
(fr) Rejeter convulsivement par la bouche., kokhalzen(en) to make an effort to vomit., over de nek gaan(de) —., spugen(fr) Rejeter convulsivement par la bouche., uitbraken(fr) Rejeter convulsivement par la bouche., uitscheiden(en) medicine: to void or evacuate; to defecate or vomit., walgen(fr) Rejeter convulsivement par la bouche.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com