kordaat

als woordenboektrefwoord:

kordaat:
bn. bw. (...dater, -st), rond, oprecht ; flink.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kordaat (bn) :
wakker, stoer, flink, vastberaden, dapper, doortastend, vastbesloten, struis, ferm, kloek

als synoniem van een ander trefwoord:

wakker (bn) :
flink, vlug, glad, sterk, helder, levendig, uitgeslapen, bijdehand, pienter, alert, kwiek, vinnig, kordaat, ferm, vigilant, bij de pinken, pront, vief
vastberaden (bn) :
standvastig, besluitvaardig, beslist, vastbesloten, resoluut, weloverwogen, verbeten, gedecideerd, kordaat, onvermurwbaar, kloekmoedig
gedecideerd (bn) :
besluitvaardig, beslist, vastberaden, zelfverzekerd, vastbesloten, resoluut, wilskrachtig, weloverwogen, kordaat, onvermurwbaar
resoluut (bn) :
beslist, vastberaden, openhartig, zelfverzekerd, doortastend, ronduit, vastbesloten, gedecideerd, kordaat, ferm, onvermurwbaar
flink (bn) :
stoer, standvastig, moedig, sterk, energiek, krachtig, dapper, doortastend, geducht, kordaat, ferm, manhaftig
kranig (bn) :
flink, stoer, taai, standvastig, sterk, knap, energiek, dapper, kordaat, ferm, manmoedig, manhaftig
zelfzeker (bn) :
zelfbewust, zelfverzekerd, resoluut, wilskrachtig, assertief, gedecideerd, kordaat
vastbesloten (bn) :
standvastig, beslist, vastberaden, resoluut, onverbiddelijk, gedecideerd, kordaat
ferm (bn) :
flink, behoorlijk, moedig, dapper, fors, robuust, fiks, kordaat, kloek
kloek (bn) :
stoer, moedig, energiek, krachtig, dapper, kordaat, onversaagd
stoer (bn) :
flink, geblokt, robuust, kordaat, ferm, kloek, koen, forsig
struis (bn) :
stevig, flink, pittig, kernachtig, kordaat
stram (bn) :
kordaat, kloek

woordverbanden van ‘kordaat’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 350:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0028 c