loods

als woordenboektrefwoord:

loods:
m. (-en), zeeman, die de schepen binnen of buiten de haven brengt.
loods:
v. (-en), houten gebouw.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

loods (zn) :
gebouw, schuur, bergplaats, remise, keet, kot, hangaar
loods (zn) :
gids te water, loodsman

als synoniem van een ander trefwoord:

bergplaats (zn) :
plaats, ruim, schuur, schuurtje, stalling, loods, bergruimte, berghok, hok, berging
bergruimte (zn) :
plaats, ruim, schuur, stalling, loods, bergplaats, berging, pakhuisruimte
gids (zn) :
reisgids, wegwijzer, begeleider, loods, geleider, leidsman, cicerone
kot (zn) :
bijgebouw, schuurtje, loods, berging, kit
keet (zn) :
schuurtje, loods, bouwkeet, barak
krot (zn) :
schuur, loods, keet
piloot (zn) :
loods

woordverbanden van ‘loods’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 160:

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0018 c