pruim

als woordenboektrefwoord:

pruim:
m. (-en), boom; — v. (-en), de vrucht.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

pruim (zn) :
doos, poes, kut, trut, gleuf, flamoes
pruim (zn) :
pruimenboom, pruimelaar
pruim (zn) :
sjiek, kauwtabak

als synoniem van een ander trefwoord:

kut (zn) :
doos, vagina, pruim, poes, spleet, muis, trut, gleuf, vulva, flamoes, vrouwelijk geslachtsorgaan, schaamspleet
trut (zn) :
doos, pruim, poes, muis, kut, gleuf, flamoes
sjiek (zn) :
pruim, tabakspruim

woordverbanden van ‘pruim’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.012 nc