schik

als woordenboektrefwoord:

schik:
m. orde; genoegen ; vermaak.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

schik (zn) :
fatsoen, behoorlijkheid
schik (zn) :
plezier, tevredenheid

als synoniem van een ander trefwoord:

genoegen (zn) :
plezier, vreugde, bevrediging, vermaak, pret, tevredenheid, vrolijkheid, genot, lust, aardigheid, voldoening, heerlijkheid, welbehagen, behagen, gein, schik, lol, blijdschap, welgevallen, leut, gading, jolijt, geneugte, ingenomenheid, sjeu, jeu, leute
plezier (zn) :
amusement, vreugde, vermaak, pret, vrolijkheid, genot, lust, aardigheid, genoegen, welbehagen, behagen, gein, schik, lol, blijdschap, verstrooiing, welgevallen, vertier, leut, jolijt, verpozing, sjeu, divertissement, jeu, jool, leute
lust (zn) :
plezier, vreugde, pret, vrolijkheid, genot, aardigheid, genoegen, liefhebberij, verrukking, welbehagen, behagen, schik, lol, opgewektheid, leut, jolijt
genot (zn) :
plezier, vreugde, lust, genoegen, voldoening, verrukking, heerlijkheid, welbehagen, behagen, schik, wellust, gerief, geneugte, genieting
tevredenheid (zn) :
goedkeuring, genoegen, voldoening, schik, voldaanheid, vergenoegdheid, satisfactie
humeur (zn) :
schik, luim, goede luim
draai (zn) :
genoegen, schik
pret (zn) :
genoegen, schik

woordverbanden van ‘schik’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

schik
leed, smart, tegenzin, verdriet

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord
werkwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c