geprononceerd

als woordenboektrefwoord:

geprononceerd:
bn. duidelijk uitkomend.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

geprononceerd (bn) :
overduidelijk, nadrukkelijk, uitgesproken, bepaald, beslist

als synoniem van een ander trefwoord:

overduidelijk (bn) :
hard, onmiskenbaar, onbetwistbaar, onomstotelijk, onweerlegbaar, evident, ondubbelzinnig, zonneklaar, flagrant, ontegenzeglijk, ontegenzeggelijk, ontegensprekelijk, onloochenbaar, geprononceerd, apert
beslist (bn) :
gegarandeerd, echt, zeker, absoluut, onherroepelijk, stellig, pertinent, geheid, ontegenzeglijk, geprononceerd
nadrukkelijk (bn) :
duidelijk, met nadruk, met klem, uitdrukkelijk, pertinent, vigoureus, geprononceerd, emfatisch
bepaald (bn) :
vast, bestemd, gegeven, welomschreven, vastgesteld, omschreven, geprononceerd, fix
sprekend (bn) :
helder, geprononceerd
uitgesproken (bn) :
geprononceerd

woordverbanden van ‘geprononceerd’ grafisch weergegeven

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0018 c