kap

als woordenboektrefwoord:

kap:

v. (-pen), hoofddeksel, inz. van vrouwen ; bovendeel; dak; overtrek.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kap (zn) :

hak, slag, snee, kerf, houw

kap (zn) :

mantel, cape, kapoot

kap (zn) :

muts, dop, pet

kap (zn) :

luifel, huif

kap (zn) :

capuchon

kap (zn) :

masker

kap (zn) :

stolp

als synoniem van een ander trefwoord:

slag (zn) :

haal, klap, klets, schot, tik, stomp, zweepslag, rol, veeg, mep, kap, knal, peer, dreun, smak, patat, klop, deuk, bons, mot, knots, stoot, pees, dof, lel, kneep, lap, plof, bots, oplawaai, stamp, knak, percussie, oorvijg, knauw, oorveeg, coup, plakkaat, pats, opstopper, pets, floep, plets, klak, houw, weerbots, pardaf

kerf (zn) :

hak, kap, snee, groef, inkeping, insnijding, inkerving, keep

bescherming (zn) :

scherm, bekleding, kap, mantel, omhulsel, pantser

hak (zn) :

kap, wond, snede, kerf, bijlslag

snee (zn) :

scherpte, kap, snede, glip, houw

houw (zn) :

klap, hak, slag, veeg, kap, jaap

mantel (zn) :

bekleding, kap, omhulsel

korst (zn) :

schaal, kap, rand, bast

muts (zn) :

kap, pet, bonnet, pots

stolp (zn) :

koepel, kap

dop (zn) :

hoed, kap

woorden met een verwante vorm:

bij andere sites: