aanhangsel

als woordenboektrefwoord:

aanhangsel:
o. (-s, -en), bijvoegsel bij boek of geschrift.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

aanhangsel (zn) :
bijlage, supplement, appendix

als synoniem van een ander trefwoord:

aanvulling (zn) :
uitbreiding, toeslag, toevoeging, bijlage, aanhangsel, bijvoegsel, supplement, appendix, complement, bijblad, suppletie, expletie, bijvulling, addendum
toevoeging (zn) :
bijlage, aanhangsel, bijvoegsel, appendix, toevoegsel, bijvoeging, aanhechting
bijlage (zn) :
toevoeging, aanhangsel, bijvoegsel, supplement, appendix

woordverbanden van ‘aanhangsel’ grafisch weergegeven

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

aanhangsel, bijvoegsel, bijlage

Aanhangsel, wat aan iets gehecht wordt, drukt een nauweren samenhang met het hoofdwerk uit dan bijvoegsel, wal. er bloot aan wordt toegevoegd. Bijlage duidt eveneens een minder nauw verband dan aanhangsel aan. Het wordt vooral gebezigd van de stukken, die aan eenig geschrift worden toegevoegd, om de waarheid van het daarin vervatte te staven.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 23:

woorden met een verwante vorm:

werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c