gezamenlijk

als woordenboektrefwoord:

gezamenlijk:
bn. bw. tezamen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

gezamenlijk (bn) :
verenigd, verbonden, gemeenschappelijk, collectief
gezamenlijk (bw) :
eensgezind, in samenwerking, tegelijk, samen, collectief, tegelijkertijd, en corps, tezamen, en bloc, tegader

als synoniem van een ander trefwoord:

verbonden (bn) :
verenigd, solidair, gezamenlijk, saamhorig, geallieerd, bondgenootschappelijk
gemeenschappelijk (bn) :
gemeen, verenigd, algemeen, collectief, gezamenlijk
collectief (bn) :
verenigd, gemeenschappelijk, gezamenlijk
geheel (bn) :
gezamenlijk
massaal (bn) :
gezamenlijk
samen (bw) :
eensgezind, tegelijk, bij elkaar, totaal, collectief, met elkaar, bijeen, gezamenlijk, met z'n allen, saampjes, tezamen, samsam, verzameld, opgeteld, saam
tegelijk (bw) :
ineens, samen, gezamenlijk
tegelijkertijd (bw) :
gezamenlijk

woordverbanden van ‘gezamenlijk’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

gezamenlijk
afzonderlijk, apart

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c