ouwehoeren

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

ouwehoeren (ww) :
kletsen, lullen, kwebbelen, leuteren, zwammen, zwetsen, zaniken, bazelen, zemelen, wauwelen, dazen, beuzelen
ouwehoeren (ww) :
zeuren

als synoniem van een ander trefwoord:

zeuren (ww) :
kwijlen, klagen, kloten, vervelen, klooien, mekkeren, mieren, melken, donderen, zagen, klieren, zeiken, malen, zieken, jammeren, ouwehoeren, drammen, jengelen, kankeren, emmeren, zijn beklag doen over, zaniken, neuzelen, reutelen, zemelen, zeveren, dreinen, lazeren, mauwen, jeremiëren, kutkammen, zich beklagen over, ziegezagen, zemelknopen, kwezelen, meieren, palaveren, simmen, mekken, drenzen, urmen
praten (ww) :
kletsen, klappen, lullen, converseren, spreken, kleppen, babbelen, kwebbelen, snappen, ouwehoeren, snateren, keuvelen, klessebessen, reppen, parlevinken, poekelen, causeren, palaveren, kouten, tateren
kletsen (ww) :
praten, ratelen, klappen, kleppen, babbelen, kwebbelen, ouwehoeren, kakelen, kwekken, snateren, keuvelen, kwetteren, klessebessen, teuten, reppen, parlevinken, palaveren, kouten, tateren
kwebbelen (ww) :
ratelen, kletsen, kleppen, babbelen, ouwehoeren, leuteren, kwekken, snateren, klessebessen, teuten
kwekken (ww) :
kletsen, kleppen, kwebbelen, kwaken, ouwehoeren, kakelen, leuteren, klessebessen, teuten
wauwelen (ww) :
kletsen, ouwehoeren, kakelen, leuteren, zwammen, bazelen, zeveren, dazen

woordverbanden van ‘ouwehoeren’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0028 c