pronken

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

pronken (ww) :
opscheppen, geuren, paraderen, floreren, pralen, stoefen
pronken (ww) :
mokken, pruilen
pronken (ww) :
schitteren
pronken (ww) :
prijken
pronken (ww) :
stralen

als synoniem van een ander trefwoord:

pochen (ww) :
opscheppen, pronken, hoog opgeven, bluffen, stoffen, te koop lopen met, brallen, pralen, koketteren met, opsnijden, snoeven, grootspreken, ophakken
stralen (ww) :
lichten, schitteren, schijnen, pronken, licht geven, gloeien, glimmen, glinsteren, blinken, glanzen, twinkelen, fonkelen, blaken, gloren
pralen (ww) :
opscheppen, pronken, bluffen, pochen, stoefen
mokken (ww) :
mopperen, pronken, pruilen, bokken, bouderen
pruilen (ww) :
pronken, mokken, bokken, kniezen, bouderen
paraderen (ww) :
pronken, showen, flaneren, pralen
schitteren (ww) :
uitblinken, pronken, opvallen
koketteren (ww) :
pronken, te koop lopen
uitpakken (ww) :
pronken, uitstallen
floreren (ww) :
pronken, boemelen

woordverbanden van ‘pronken’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0023 c