tehuis

als woordenboektrefwoord:

tehuis, thuis:
o. woning, verblijf.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen: niet gevonden.

als synoniem van een ander trefwoord:

woning (zn) :
verblijf, woonplaats, thuis, woon, verblijfplaats, woonhuis, onderdak, flat, tehuis, huis, honk, appartement, behuizing, domicilie, woonruimte, woongelegenheid, woonst
verpleegtehuis (zn) :
verpleeghuis, tehuis, verzorgingstehuis, verzorgingscentrum, verpleeginrichting
thuis (zn) :
woonplaats, woning, tehuis, huis, honk, domicilie, haardstede
huis (zn) :
oord, tehuis, verzorgingstehuis, verzorgingscentrum
inrichting (zn) :
centrum, instelling, gesticht, tehuis
adres (zn) :
woonplaats, verblijfplaats, tehuis
hospitium (zn) :
gasthuis, tehuis, herstellingsoord
honk (zn) :
uitgangspunt, tehuis, meet
home (zn) :
tehuis, huis

woordverbanden van ‘tehuis’ grafisch weergegeven

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.002 c