leuteren

als woordenboektrefwoord:

leuteren:
(geleuterd), kletsen, zeuren.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

leuteren (ww) :
kletsen, zwammen, zaniken, bazelen, wauwelen, revelen
leuteren (ww) :
peuteren, wurmen
leuteren (ww) :
wiebelen

als synoniem van een ander trefwoord:

zaniken (ww) :
mekkeren, melken, zeuren, zagen, zeiken, malen, leuteren, jengelen, emmeren, zemelen, zeveren, dreinen, teuten, ziegezagen, kutkammen, meieren, drenzen
kletsen (ww) :
onzin verkopen, lullen, razen, leuteren, zwammen, zwetsen, bazelen, raaskallen, zeveren, wauwelen, dazen, beuzelen
ouwehoeren (ww) :
kletsen, lullen, kwebbelen, leuteren, zwammen, zwetsen, zaniken, bazelen, zemelen, wauwelen, dazen, beuzelen
zwammen (ww) :
kletsen, doorslaan, leuteren, zwetsen, neuzelen, bazelen, raaskallen, wauwelen, oreren, dazen, zwatelen
kwebbelen (ww) :
ratelen, kletsen, kleppen, babbelen, ouwehoeren, leuteren, kwekken, snateren, klessebessen, teuten
kwekken (ww) :
kletsen, kleppen, kwebbelen, kwaken, ouwehoeren, kakelen, leuteren, klessebessen, teuten
bazelen (ww) :
onzin praten, kletsen, leuteren, ijlen, zwammen, raaskallen, wauwelen, beuzelen
peuteren (ww) :
prutsen, wroeten, pulken, leuteren, punniken, morrelen, wriemelen, koteren
wauwelen (ww) :
kletsen, ouwehoeren, kakelen, leuteren, zwammen, bazelen, zeveren, dazen
raaskallen (ww) :
kletsen, doordraven, malen, leuteren, ijlen, bazelen, divageren
zwetsen (ww) :
opscheppen, leuteren, opsnijden, snoeven, grootspreken
razen (ww) :
kletsen, leuteren, raaskallen

woordverbanden van ‘leuteren’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0043 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.