als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘aanwezigheid’ grafisch weergegeven
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
De toestand van aanwezig of tegenwoordig zijn, het tegenwoordig zijn. Aanwezigheid heeft de ruimste beteekenis, en wordt zoowel van personen als voorwerpen gezegd. Mijne aanwezigheid in dit vertrek zal u, hoop ik, niet hinderen. Van organische verbindingen is de aanwezigheid dikwijls moeilijk vast te stellen. Tegenwoordigheid wordt, behalve in de uitdrukking tegenwoordigheid van geest, uitsluitend van personen gezegd, en veronderstelt dan altijd, dat de persoon min of meer bij de handeling betrokken is. Mijne tegenwoordigheid wordt beslist vereischt; zonder mij mogen ze geene beslissing nemen. Bijzijn, waarnaast vroeger ook het thans verouderde bijwezen in gebruik was, wordt tegenwoordig alleen gebruikt in de uitdrukking: in het bijzijn van, maar staat in beteekenis gelijk met tegenwoordigheid. In 't bijzijn van zijn baas gedroeg de knecht zich altijd fatsoenlijk, maar onder zijne kameraden was hij een ruwe kwant.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):
woorden met een verwante vorm:
bij andere sites:
debug info: 0.002 c