knappen

als woordenboektrefwoord:

knappen:
(geknapt), met een knap breken ; kraken ; bersten.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

knappen (ww) :
springen, barsten
knappen (ww) :
knetteren, kraken
knappen (ww) :
opeten, opdrinken

als synoniem van een ander trefwoord:

springen (ww) :
ontploffen, exploderen, barsten, breken, openbarsten, uitbarsten, splijten, uit elkaar spatten, knappen
opeten (ww) :
opvreten, eten, verslinden, knappen, verorberen, fretten, opkuisen, opknabbelen
barsten (ww) :
scheuren, splijten, knappen, inkerven, uiteenspringen, krakken, bersten
kraken (ww) :
breken, knarsen, piepen, dreunen, knappen, knakken, kermen
breken (ww) :
scheuren, begeven, knappen, knakken, stukgaan
barsten (ww) :
ontploffen, scheuren, splijten, knappen

woordverbanden van ‘knappen’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
bijvoeglijk naamwoord
bijwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0025 c