als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘zoet’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Aangenaam is de algemeene uitdrukking en omvat alle andere; het kan zoowel van gewaarwordingen als van zaken en personen gebezigd worden. Een aangenaam gevoel, een aangenaam mensch, een aangenaam verblijf. Liefelijk geeft een edel, een fijner gevoel te kennen; het wordt niet van personen gebruikt, en bij voorkeur van hetgeen door 't gehoor of 't gezicht wordt waargenomen. Een liefelijk gezang, een liefelijke streek. Met een ander begrip kan het ten opzichte van personen worden gebruikt: eene liefelijke verschijning mocht men de schoone achttienjarige noemen. Behaaglijk ziet alleen op de innerlijke gewaarwording, en kan nooit op zaken buiten ons toegepast worden; een behaaglijk gevoel. Pleizierig wordt veel in de gemeenzame taal gebezigd voor aangenaam. Ik wensch u pleizierige kermis. Het wordt ook gebruikt om spottenderwijze iets zeer onaangenaams te kennen te geven. Wel, dat is pleizierig, nu hebt ge alles in de war gebracht. Genoeglijk is welbehagen verschaffende, een aangenamen indruk makende zonder hooger aanspraken: een genoeglijk leven leidend. Streelend is meer datgene, wat bepaalde zintuigen of het gevoel bijzonder aandoet. Het is streelend voor zijne eigenliefde. Zoet is gelijk van beteekenis met aangenaam en liefelijk, doch meer uitsluitend aan dichterlijke taal eigen. Ai, ziet hoe zoet, hoe liefelijk is 't, enz. Waalmeer bepaald de smaak bedoeld wordt, zijn lekker, keurig, heerlijk, fijn enz. synoniemen van aangenaam.
Deze woorden duiden aan, dat men de eigenschap bezit van zich gemakkelijk naar den wil van anderen te voegen. De meegaande, de volgzame laten zich gemakkelijk leiden, daar zij gemakkelijk gehoor geven aan een wenk of raad van anderen; die eene groote mate van onderworpenheid en volgzaamheid heeft noemt men gedwee; de gehoorzame hoort naar het bevel van anderen en volgt dit op; bij de beide eersten is het een eigenschap van het karakter, bij den laatste een gevolg van redeneering en plichtsbesef De inschikkelijke en de toegefelijke staan niet zoo sterk op hun recht of zoo vast op hun stuk, dat zij niet van tijd tot tijd eene concessie weten te doen in het belang der harmonie. Die inschikkelijk is geeft zijn recht gaarne op ter wille van anderen; die toe geeflijk is vergeeft bovendien gemakkelijk eene verkorting van zijn recht. Zoet voor gehoorzaam, rustig, inschikkelijk wordt alleen van kleine kinderen gezegd.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):
woorden met een verwante vorm:
zie ook:
bij andere sites:
debug info: 0.0045 c