arbiter

als woordenboektrefwoord:

arbiter:
m. (-s), scheidsrechter.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

arbiter (zn) :
scheidsrechter, fluitist, scheidsman, referee, umpire

als synoniem van een ander trefwoord:

bemiddelaar (zn) :
onderhandelaar, verzoener, arbiter, middelaar, tussenpersoon, trait-d'union, scheidsman, mediateur
scheidsrechter (zn) :
fluitist, arbiter, scheids, scheidsman, fluitenier, referee, umpire

woordverbanden van ‘arbiter’ grafisch weergegeven

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Een persoon die een verschil beslecht. De bemiddelaar brengt de partijen tot elkander, door ze tot wederzijdsche toegeeflijkheid te bewegen; de scheidsman of arbiter wijst de zaak uit door te verklaren, wie gelijk en ongelijk heeft. De scheidsman kan naar billijkheid oordeelen, de scheidsrechter moet oordeelen naar de regelen der wet.

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0015 c