flexibel

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

flexibel (bn) :
lenig, elastisch, soepel, buigzaam, makkelijk, meegaand, toegeeflijk, gedwee
flexibel (bn) :
wisselend, veranderlijk

als synoniem van een ander trefwoord:

lenig (bn) :
veerkrachtig, soepel, buigzaam, flexibel, slap, rank, rekkelijk, smedig, smijdig
plooibaar (bn) :
soepel, buigzaam, flexibel, gewillig, meegaand, gedwee, inschikkelijk, willig
buigzaam (bn) :
lenig, soepel, flexibel, plooibaar, gewillig, meegaand, toegeeflijk, gedwee
buigzaam (bn) :
soepel, flexibel, plooibaar, gedwee, inschikkelijk, gesmijdig, smijdig
veranderlijk (bn) :
afwisselend, flexibel, variabel, uitwisselbaar, alterabel
soepel (bn) :
lenig, buigzaam, flexibel, slap, beweeglijk, smedig
variabel (bn) :
wisselend, flexibel, veranderlijk
glijdend (bn) :
flexibel, variabel

woordverbanden van ‘flexibel’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

flexibel
stijf, stug

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0022 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.