pech

als woordenboektrefwoord:

pech:
o. ongeluk, tegenspoed.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

pech (zn) :
ongeluk, tegenslag, tegenvaller, tegenspoed, onkans, wanbof
pech (zn) :
panne

als synoniem van een ander trefwoord:

tegenvaller (zn) :
teleurstelling, tegenslag, tegenspoed, schadepost, lelijkerd, strop, pech, misrekening, flop, desillusie, sof, zeper
ongeluk (zn) :
onheil, tragedie, tegenslag, tegenspoed, ramp, beproeving, kwaad toeval, leed, pech, rampspoed, catastrofe, malheur
tegenslag (zn) :
ongeluk, tegenwind, tegenvaller, tegenspoed, strop, pech, malheur, onkans, drawback, wanbof
storing (zn) :
uitval, stoornis, defect, pech, mankement, ongeregeldheid
panne (zn) :
pech
jammer (tw) :
helaas, pech

woordverbanden van ‘pech’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

pech
fortuin, geluk, mazzel, meevaller, voorspoed, welstand

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0032 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.