vechten

als woordenboektrefwoord:

vechten:

(vocht, gevochten), strijden.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

vechten (ww) :

knokken, stoeien, strijden, kampen, slag leveren, strijd leveren, worstelen, matten, twisten, bakkeleien, opboksen, meedingen, rivaliseren, wedijveren, zich verzetten, zich inzetten, mededingen, plukharen

vechten (ww) :

vloeken

als synoniem van een ander trefwoord:

slaan (ww) :

treffen, knallen, uithalen, stoten, vechten, stompen, meppen, mishandelen, rammen, raken, timmeren, smakken, klappen geven, beuken, straffen, hameren, stampen, neuken, knuppelen, turven, hengsten, afranselen, afrossen, kwakken, ranselen, kastijden, keilen, geselen, houwen, kleunen, petsen, op de broek geven, pekken, rammeien

twisten (ww) :

vechten, strijden, bekvechten, kibbelen, ruziën, bakkeleien, debatteren, kribben, kijven, harrewarren, krakelen, stechelen, palaveren

strijden (ww) :

vechten, kampen, botsen, worstelen, twisten, ijveren, oorlogvoeren

bakkeleien (ww) :

vechten, ruziemaken, disputeren

kampen (ww) :

vechten, strijden, wedijveren

worstelen (ww) :

vechten, strijden, kampen

woordverbanden van ‘vechten’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

vechten ≠

capituleren, overgeven

woorden met een verwante vorm:

bij andere sites: