zwier

als woordenboektrefwoord:

zwier:
m. opschik.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

zwier (zn) :
elegantie, gratie, cachet, zwierigheid, sierlijkheid
zwier (zn) :
draai, krul, zwaai, zwieper, zwenk
zwier (zn) :
tooi, opschik, élégance, schwung
zwier (zn) :
rol, boemel

als synoniem van een ander trefwoord:

elan (zn) :
strijdlust, vaart, gedrevenheid, enthousiasme, vuur, bevlieging, ijver, impuls, gloed, bezieling, vervoering, geestdrift, flair, zwier, begeestering, levendigheid
elegantie (zn) :
gratie, chic, zwier, élégance, zwierigheid, sierlijkheid, bevalligheid
draai (zn) :
bocht, kronkel, wending, ruk, zwaai, toer, draaiing, zwier, zwenking
zwaai (zn) :
slinger, schommeling, zwieper, zwier, zwenk, zwenking
losheid (zn) :
zwier, gemakkelijkheid
panache (zn) :
zwier, bravoure

woordverbanden van ‘zwier’ grafisch weergegeven

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0041 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.