gegoed

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

gegoed (bn) :
rijk, welgesteld, vermogend, welvarend, bemiddeld, gefortuneerd, in goeden doen

als synoniem van een ander trefwoord:

rijk (bn) :
voornaam, goed bij kas, vorstelijk, welgesteld, vermogend, bemiddeld, gefortuneerd, gegoed, kapitaalkrachtig, betoeft
welvarend (bn) :
rijk, gezeten, welgesteld, bemiddeld, goed gesitueerd, gegoed, welstellend
welgesteld (bn) :
rijk, gezeten, vermogend, bemiddeld, gefortuneerd, gegoed, in goeden doen
bemiddeld (bn) :
rijk, welgesteld, vermogend, welvarend, gegoed, welstellend, begoed
gefortuneerd (bn) :
rijk, welgesteld, vermogend, bemiddeld, gegoed, in goeden doen
vermogend (bn) :
rijk, bemiddeld, gefortuneerd, puissant, gegoed

woordverbanden van ‘gegoed’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

Die veel tijdelijke goederen bezit. Gegoed is in goeden doen zijnde, een redelijk vermogen bezittend. Welgesteld, zegt hetzelfde, doch is iets sterker. Bemiddeld is de middelen bezittende om aangenaam en ruim te leven. Rijk zegt men van dengene, die een aanzienlijk vermogen bezit; vermogend is hij, die door zijn rijkdom, macht en invloed heeft.

in Keur van Nederlandsche Synoniemen (1922):

In liet bezit van veel geld of goed zijnde.

Bemiddeld beteekent: van vele middelen voorzien, om een gemakkelijk leven te kunnen leiden. Gegoed wil zeggen: veel goed bezittende (n.l. roerende en onroerende goederen), zoodat men meer bezit dan men noodig heeft; het is dus sterker dan bemiddeld. Welgesteld is hij, die zooveel bezit, dat hij wèl (ruim) kan leven (hij is wèl gesteld = goed geplaatst in de maatschappij); het is nog iets sterker dan gegoed. Rijk is: een groote overvloed van iets bezittende, ook fig.: een rijke oogst, rijk aan verstand. Vermogend zegt, dat men een groot vermogen (kapitaal) bezit. (Het kan ook beteekenen veel invloed uitoefenende, doch dan is 't afgeleid van vermogen = kunnen : een veelvermogend minister.)

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 343:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

gegoed
arm

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0019 c