als woordenboektrefwoord:
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘daar’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Doordien en doordat (het laatste in gemeenzamen stijl meer in gebruik dan het eerste) geven de oorzaak te kennen, waardoor iets geschiedt, niet de reden waarom; de hoofdzin drukt in dat geval het gevolg van den bijzin uit. Wil men hierbij nu aanduiden, dat door den afhankelijken zin een bewijsgrond wordt aangebracht voor hetgeen in den hoofdzin beweerd is, dan gebruike men dewijl en vermits. Het ijs smelt, doordat de dooi is ingevallen. Hij kan onmogelijk komen, dewijl hij ziek is. Drukt de bijzin eene rechtvaardiging uit van hetgeen men in den hoofdzin beweerd heeft, dan kan men, behalve dewijl en vermits, ook daar, naardien, nademaal, aangezien of aangemerkt bezigen. In dat geval is de hoofdzin eigenlijk eene gevolgtrekking van hetgeen in den bijzin wordt gezegd. Daar geeft dit eenvoudig weg te kennen, zonder dat er bepaalde nadruk op gelegd wordt. Dewijl, vermits en naardien veronderstellen, dat het geheel in betoogtrant geschreven is en komen minder voor in den gemeenzamen stijl, terwijl aangezien en aangemerkt (dat meer verouderd is) tot den stijl van strenge redeneering behooren, waarbij het meer op geregelde ontwikkeling van het betoog, dan op sierlijkheid en losheid van taal aankomt. Nademaal is ouderwetsch. Wijl is eene verkorting van dewijl, maar heeft dezelfde beteekenis. Omdat is zuiver redengevend, en geeft van eene zaak of eene gewaarwording den moreelen grond, de reden aan, het antwoord op de vraag waarom. Ondanks zijne bekwaamheid wordt hij weinig geacht, omdat hij zoo verwaand is. Hij drinkt, omdat hij dorst heeft.
Bijwoorden van plaats, die aanduiden, dat iets zich niet in de onmiddellijke nabijheid van den spreker bevindt. Tusschen daar en aldaar bestaat hetzelfde verschil, als tusschen hier en alhier (zie alhier). Ginds wijst op eene meer verwijderde plaats. Tot gemeente-ontvanger te A. is benoemd de heer B., boekhouder aldaar. Wat is het hier een lief plekje: daar vóór ons die welige, golvende korenakkers, en ginds in de verte de gezichteinder met statig geboomte omzoomd, waaruit de kerktoren zich slank en bevallig verheft. Eene verkorting van daar is er. Komen deze beide woorden in tegenstelling met elkander voor dan heeft daar sterker aanwijzende kracht. Ik kan het er niet vinden. Dan hebt ge met den neus gezocht, zie, daar ligt het.
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 16:
in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 189:
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 154:
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 246:
zie ook:
bij andere sites:
debug info: 0.0022 c