grol

als woordenboektrefwoord:

grol:
v. (-len), zotternij.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

grol (zn) :
grap, gekheid, pots, gag
grol (zn) :
kuur, gril, frats

als synoniem van een ander trefwoord:

grap (zn) :
grapje, mop, bak, ui, streek, dwaasheid, aardigheid, gekheid, poets, lolletje, gein, lol, geestigheid, anekdote, klucht, kwinkslag, scherts, farce, grol, snakerij, guitigheid, harlekinade, koddigheid, kluchtigheid, joke, zwans, plaisanterie, gebbetje, jen, witz, pots, gag, paskwil
gril (zn) :
inval, bevlieging, bui, impuls, opwelling, fantasie, kuur, bokkensprong, rage, stuip, toer, frats, manie, grol, aandrift, luim, nuk, wispelturigheid, grilligheid, caprice
farce (zn) :
grap, dwaasheid, klucht, grol, schijnvertoning
frats (zn) :
streek, kuur, kuren, gril, grol, kunstenmakerij
kuur (zn) :
kunst, toer, gril, frats, grol, nuk, luim

woordverbanden van ‘grol’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord
werkwoord

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0051 c