kindsheid

als woordenboektrefwoord:

kindsheid:
v. onnozelheid van bejaarde lieden.
kindsheid:
v. eerste jeugd.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kindsheid (zn) :
dementie, seniliteit, ouderdomsdementie, aderverkalking
kindsheid (zn) :
infantiliteit
kindsheid (zn) :
jeugd

als synoniem van een ander trefwoord:

jeugd (zn) :
kindertijd, kindsheid, jonge jaren, jeugdjaren
dementie (zn) :
kindsheid, zwakzinnigheid

woordverbanden van ‘kindsheid’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):

kindsheid

De toestand der kinderjaren. Het tweede stelt dien toestand voor, zooals hij zich vertoont bij oude lieden met verzwakte geestvermogens; het eerste wijst den kinderlijken leeftijd aan.

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 306:

woorden met een verwante vorm:

bijvoeglijk naamwoord

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0019 c