mishagen
als woordenboektrefwoord:
- mishagen:
- o. afkeer, misnoegen.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
- mishagen (ww) :
- hinderen
- mishagen (zn) :
- ongenoegen, misnoegen, ontevredenheid
als synoniem van een ander trefwoord:
- ongenoegen (zn) :
- onvrede, ergernis, misnoegen, ontevredenheid, mishagen
woordverbanden van ‘mishagen’ grafisch weergegeven
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
mishagen, misvallen
Niet aanstaan. Mishagen is sterker dan misvallen en drukt een meer blijvenden tegenzin uit dan het laatste, dat thans nagenoeg in onbruik is. Het tegenovergestelde wordt uitgedrukt door behagen, bevallen (zie aanstaan). Wat mij in hem misviel, was zijn glui pende blik. Zijn gedrag mishaagt mij zeer.
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 428:
mishagen, misvallen
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):
- mishagen ≠
- behagen
bij andere sites:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
overige:
debug info: 0.0019 c
