als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘uitrekenen’ grafisch weergegeven
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Berekenen = be-grooten, nagaan hoeveel iets bedragen kan; oprekenen = eenige posten eener berekening te zamen voegen; uitrekenen — door becijfering de uitkomst van een vraagstuk of opgave berekenen. Het gebruik dezer woorden blijkt voorts uit den volgenden zin: Ik meende de kosten zoo nauwkeurig mogelijk berekend te hebben, maar nu ik de uitgaven opreken, blijkt het dat ik mij deerlijk misrekend heb, want ik kan het niet anders uitrekenen, of ik kom eene aanzienlijke som op mijne begrooting te kort. Uitrekenen komt ook fig. voor, in den zin van begrijpen: dat kun je wel op je vingers uitrekenen, dat het zoo moet afloopen.
woorden met een verwante vorm:
bij andere sites:
debug info: 0.0019 c