komen

als woordenboektrefwoord:

komen:
(kwam, gekomen), het tegengestelde van gaan.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

komen (ww) :
aankomen, bereiken, naderen, arriveren, verschijnen, aanlopen, aanlanden
komen (ww) :
dagen, worden, aanbreken, ontstaan, zich vormen
komen (ww) :
belanden, terechtkomen, geraken, aanbelanden
komen (ww) :
afkomstig zijn, stammen
komen (ww) :
gevallen, passeren
komen (ww) :
klaarkomen

als synoniem van een ander trefwoord:

gaan (ww) :
handelen, reizen, trekken, komen, fietsen, inslaan, lopen, keren, koersen, bewegen, varen, rijden, kenteren, zich voortbewegen, zich bewegen, zich begeven, tiegen, doorreizen, tijgen
aankomen (ww) :
komen, belanden, arriveren, verschijnen, terechtkomen, aanbelanden
zich vertonen (ww) :
komen, verschijnen, opdoemen, zich laten zien
verschijnen (ww) :
komen, opdraven, opdagen, zich vertonen
treden (ww) :
trappen, stappen, komen, lopen, gaan
vallen (ww) :
komen, belanden, geraken
overkomen (ww) :
komen, bezoeken
ontstaan (ww) :
komen, stammen

woordverbanden van ‘komen’ grafisch weergegeven

in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 1, blz. 31:

in Nederduitsche synonymen (1836), band 1, blz. 115:

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

komen
opbreken, vertrekken, weggaan

woorden met een verwante vorm:

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0024 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.