neerslag

als woordenboektrefwoord:

neerslag:
m. (-en), het neerslaan.
neerslag:
m. regen, hagel, sneeuw.
neerslag:
v. (-en), rustbed.
neerslag:
o. (-en), bezinksel.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

neerslag (zn) :
bezinksel, residu, sediment, precipitaat
neerslag (zn) :
sneeuwval, regenval

als synoniem van een ander trefwoord:

bezinksel (zn) :
bodem, bodempje, prut, neerslag, aanslag, afzetting, bezinking, drab, sediment, zinksel, precipitaat, zaksel
afzetting (zn) :
neerslag, bezinking, bezinksel, sediment, sedimentatie
sediment (zn) :
neerslag, afzetting, bezinksel
regen (zn) :
neerslag, hemelwater
hagel (zn) :
neerslag, hagelbui
vochtigheid (zn) :
neerslag, regen

woordverbanden van ‘neerslag’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0019 c