kachel

als woordenboektrefwoord:

kachel:
v. (-s), verwarmingstoestel.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kachel (zn) :
verwarming, haard, straalkachel, oliekachel, gashaard, allesbrander
kachel (bn) :
lam, beschonken, dronken, ladderzat, zat, toeter, straalbezopen, laveloos, lazarus, teut, keil, in de olie, in de lorum, sikker

als synoniem van een ander trefwoord:

toeter (zn) :
beschonken, dronken, kachel, ladderzat, zat, bezopen, lazarus, teut, beneveld, keil, in de olie, in de lorum, sikker
haard (zn) :
kachel, open haard, haardvuur, stookoven, haardstede, haardpartij
vuur (zn) :
brander, kachel, haard, haardvuur, fornuis, pit
haard (zn) :
kachel, oliehaard, kolenhaard, gashaard
stoof (zn) :
kachel, fornuis, kookkachel
dronken (bn) :
aangeschoten, boven zijn water, boven haar water, beschonken, kachel, zalig, ladderzat, zat, bezopen, toeter, straalbezopen, lazarus, teut, topzwaar, tipsy, beneveld, toeterzat, keil, in de lorum, in de olie, sikker
bezopen (bn) :
aangeschoten, beschonken, dronken, kachel, ladderzat, zat, toeter, laveloos, lazarus, teut, beneveld, keil
blauw (bn) :
aangeschoten, dronken, kachel, ladderzat, toeter, lazarus, teut, beneveld, keil, sikker

woordverbanden van ‘kachel’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

kachel
nuchter

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0023 c