N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor hulp.
hulp (zn):
assistent(nl) —.
(nl) iemand die ondersteuning of bijstand geeft., assistente(nl) —.
(nl) iemand die ondersteuning of bijstand geeft., helper(nl) —.
(nl) iemand die ondersteuning of bijstand geeft., helpster(nl) —.
(nl) iemand die ondersteuning of bijstand geeft., behoudenis(nl) —., geruststelling(nl) —., assistentie(de) das gemeinsame Helfen bei einer Sache.
(en) aid; help; the act or result of assisting., advies(en) answers and resolution of problems., bediende(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., bijstand(en) help; succor; assistance; relief., dienaar(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., huishoudhulp(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., hulpje(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., knecht(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., medewerking(de) das gemeinsame Helfen bei einer Sache., meid(en) one who is hired to perform regular household or other duties, and receives compensation., ondersteuning(en) answers and resolution of problems., steun(fi) toimi tai toimitus, minkä tarkoitus on auttaa pulaan joutunutta tai vaikeassa tilanteessa olevaa; auttaminen, avustaminen.
hulp (bn):
bij-(en) aside from the main subject, target., bijkomstig(en) aside from the main subject, target., neven(en) aside from the main subject, target., subsidiair(en) aside from the main subject, target., zijdelings(en) aside from the main subject, target.
cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken
Via: Memodata.com