Nederlandse synoniemen voor 'teamgenoot'

N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor teamgenoot.

teamgenoot (zn):
ploegmakker(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., medespeler(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., maat(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., collega(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., gabber(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., kompaan(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., partner(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., metgezel(nl) personen die in hetzelfde team samenwerken of sporten., ploeggenoot(sv) spelare från samma lag.

cached Via: Dbnary en WikiWoordenboeken