Nederlandse synoniemen voor 'voor'

N.B. De resultaten hieronder komen van derde partijen. Zie ook resultaten uit onze eigen synoniemendatabank voor voor.

voor (ww):
achten(en) to have as an opinion, consider, suppose., houden(en) to have as an opinion, consider, suppose., ijveren(en) to strive for., instaan(en) affirm the truth or reliability of., oordelen(en) to have as an opinion, consider, suppose., op(en) schedule., opkomen(en) to strive for., plannen(en) schedule., uitgaan(fr) Aller devant, marcher devant., vastleggen(en) schedule.

voor (preposition):
voordat(en) earlier than.
(en) under consideration, judgment, authority of.
(en) in front of according to an ordering system.
(en) in store for, in the future of.
, in het bijzijn van(en) at or near the front part of.
(en) in the presence of someone.
(en) located before (something else).
, lang(en) supporting.
(en) over (a period of time).
(en) directed at, intended to belong to.
, tegen(en) in exchange for.
(en) in front of; before a background.
, bij(en) in support of., boven(sv) rum., pro(ru) при указании на цель.

voor (vw):
alvorens(en) in advance of the time when., vooraleer(en) in advance of the time when., voordat(en) in advance of the time when.

voor (zn):
vore(de) —.
(en) trench cut in the soil.

cached Via: WikiWoordenboek