kroeg

als woordenboektrefwoord:

kroeg:
v. (-en), herberg, tapperij.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

kroeg (zn) :
herberg, tent, slijterij, kast, café, kit, tapperij, keet, pub, taveerne, krocht, wijnhuis, kraantje-lek, kabberdoes, staminee

als synoniem van een ander trefwoord:

bar (zn) :
gelegenheid, kroeg, café, tapperij, pub, taveerne, bierhuis, saloon, dranklokaal, staminee
herberg (zn) :
kroeg, café, lokaliteit, tapperij, pub, taveerne, logement, estaminet
tent (zn) :
gelegenheid, lokaal, kroeg, café, ontspanningslokaliteit
sociëteit (zn) :
vereniging, club, kroeg, soos, gezelligheidsvereniging
café (zn) :
bar, tent, kroeg, pub, uitbating, kabberdoes, staminee
café (zn) :
bar, kroeg, etablissement, koffiehuis, dranklokaal
krocht (zn) :
herberg, kroeg
kast (zn) :
kroeg
keet (zn) :
kroeg

woordverbanden van ‘kroeg’ grafisch weergegeven

in Nederduitsche synonymen (1836), band 2, blz. 248:

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0033 c