verzwakken
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: niet gevonden.
als synoniem van een ander trefwoord:
- ondermijnen (ww) :
- slopen, bederven, uitputten, breken, verzwakken, beschadigen, aantasten, uithollen, aanvreten, tornen aan, morrelen aan, ondergraven
- matigen (ww) :
- verminderen, kalmeren, beperken, dempen, verzwakken, minderen, verzachten, verdoezelen, temperen, stillen, lenigen, milderen
- aftakelen (ww) :
- verouderen, vervallen, afsterven, verzwakken, sukkelen, verloederen, verwelken, dementeren, achteruitgaan
- kwijnen (ww) :
- verzwakken, sukkelen, verwelken, verkommeren, wegsterven, verflauwen, achteruitgaan, uitteren
- bagatelliseren (ww) :
- verzwakken, afzwakken, minimaliseren, wegwuiven, kleineren, terzijde schuiven, geringachten
- uitteren (ww) :
- verzwakken, vermageren, wegkwijnen, kwijnen, wegteren, uitmergelen
- verdunnen (ww) :
- oplossen, verzwakken, verzachten, versnijden, aanlengen, aanmengen
- ontzenuwen (ww) :
- uitputten, verzwakken, verslappen, enerveren
- dempen (ww) :
- verzwakken, afzwakken, matigen, temperen
- afzwakken (ww) :
- verzwakken, verzachten, nuanceren
- krakken (ww) :
- verzwakken, ondermijnen
- slijten (ww) :
- verminderen, verzwakken
- verbleken (ww) :
- verzwakken, vervagen
- knauwen (ww) :
- verzwakken
woordverbanden van ‘verzwakken’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
- aftakelen:
- verzwakken, verslijten
- fnuiken:
- kortwieken, bekorten, verzwakken, verminderen, onderwerpen, terneerslaan, smoren
- kwijnen:
- wegteren, verteren, uitteren, wegsterven, verflauwen, sukkelen, verzwakken, versmachten
- luwen:
- bedaren, verminderen, verzwakken
- ondergaan:
- verzwakken
- ondergraven:
- ondermijnen, slopen, verzwakken (niet: uithollen)
- slijten:
- verslijten, verzwakken
- tanen:
- verzwakken, verminderen, verkleuren, verschieten, verwelken
- vereren:
- eren, eerbiedigen, achten, huldigen, prijzen, verheffen, aanroepen, verflauwen, verzwakken, verkwijnen
- verkwijnen:
- kwijnen, wegkwijnen, wegsterven, versmachten, verwelken, verzwakken, (ver)slijten, bederven, vergaan
- verminderen:
- verkleinen, verlagen, verzwakken, luwen, tanen, verzachten, slinken, krimpen, verkorten, bekorten, afnemen, afslaan, afschrijven, beperken
- verslappen:
- verzwakken
- vervallen:
- verzwakken
- verwateren:
- verzwakken
- verzwakken:
- verflauwen, verslappen, vervallen, verkwijnen, verwateren, verlopen, achteruitgaan, inzinken, instorten, aftakelen, slijten, verschalen, verslaan, slabakken, verminderen, ontzenuwen, ondermijnen
woorden met een verwante vorm:
zelfstandig naamwoord
bij andere sites:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
overige:
debug info: 0.0023 c
