als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘afbouwen’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Stoffelijke voorwerpen van andere, waaraan zij vastzitten, scheiden, of wel de deelen, die een geheel vormen, scheiden. Afslaan is de meest algemeene uitdrukking en kan ook met een bot werktuig geschieden; afhakken, afhouwen, afkappen worden uitsluitend gezegd van het slaan reet een scherp voorwerp, veelal met een zwaard, eene bijl of een hakmes. Afhakken naast afhouwen, veronderstelt een herhaald slaan, terwijl af houwen, dat meer krachtsinspanning vereischt, een enkelen slag onderstelt: Iemand het hoofd af houwen, niet afhakken. Intusschen worden zij in veel gevallen door elkander gebruikt. Afkappen ziet bepaald op het afslaan van de uiteinden van een voorwerp. Vleesch afhakken of afhouwen. Een hoorn afkappen is de kruin of de uiterste deelen weghakken. Een dikken tak van een boom afhakken. Iemand hel hoofd afhouwen. De hand, waarmede hij het verraad bedreven had, werd hem afgekapt. De mast afkappen.
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):
woorden met een verwante vorm:
bij andere sites:
debug info: 0.0028 c