als woordenboektrefwoord:
als trefwoord met bijbehorende synoniemen:
als synoniem van een ander trefwoord:
woordverbanden van ‘fris’ grafisch weergegeven
in Charivarius' Een Ander Woord (1945):
in het Handwoordenboek van Nederlandsche Synoniemen (1908):
Min of meer koud. Koel beteekent de aan koude grenzende temperatuur van iets, meer op zich zelf; frisch. meer met het oog op hare uitwerking. Vergelijk een koele dronk en een frissche (verkwikkende) dronk. Een koel huis. Een frissche wind. Koel. heeft ook de beteekenis van onverschillig, onhartelijk (een koele ontvangst), van niet hartstochtelijk (koele zinnen, in koelen bloede); frisch die van gezond, bloeiend, onverwelkt: een frissche kerel, eene frissche kleur, frissche bloemen, een frissche tak. Deze laatste beteekenis van frisch nadert tot die van versch; het tegenovergestelde van oud. Versche melk, versche boter, versch vleesch, versche troepen (die nog niet in het gevecht zijn geweest).
in Keur van Nederlandsche Synoniemen (1922):
Versch duidt aan, dat iets nog alle eigenschappen bezit, die het gevolg zijn van zijn nog kort bestaan. Dit vleesch is nog versch (het is nog niet bedorven of oud; het bestaat n.l. nog pas, d.w.z. de koe is pas geslacht); een versch ei.
Frisch duidt aan, dat iets er jong of jeugdig uitziet, zonder het daardoor nog te zijn; het nadert zoodoende de beteekenis van: sterk, vol leven, gezond. Na een rustigen slaap gevoelt men zich weer frisch. — Een frissche
kleur; frissche rozen. — Soms ook is het synoniem met verkoelend: een frissche wind.
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 2, blz. 177:
in Woordenboek der Nederduitsche synonimen (1821), band 3, blz. 251:
in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):
woorden met een verwante vorm:
zie ook:
bij andere sites:
debug info: 0.0038 c