losmaken

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

losmaken (ww) :
afnemen, ontbinden, ontkoppelen, lossen, afscheiden, ontknopen, losgooien, losweken, detacheren, openmaken, loskrijgen, losrijgen, losbinden, losdoen, losgespen, lostrekken, lossjorren
losmaken (ww) :
loslaten, bevrijden, verlossen, vrijmaken
losmaken (ww) :
omspitten

als synoniem van een ander trefwoord:

bevrijden (ww) :
ontslaan, vrijstellen, ontketenen, ontheffen, vrijlaten, redden, ontdoen, verlossen, vrijmaken, losmaken, emanciperen, afhelpen, ontvoogden
vrijlaten (ww) :
loslaten, bevrijden, in vrijheid stellen, losmaken, op vrije voeten stellen, de vrijheid schenken
oproepen (ww) :
opwekken, manen, aansporen, losmaken, aanzetten, teweegbrengen, aanmanen, aanvuren, instigeren
scheiden (ww) :
ontbinden, splitsen, loskoppelen, verdelen, losmaken, afscheiden, uiteenlopen, uiteengaan
afzonderen (ww) :
scheiden, apart houden, losmaken, afsluiten, weghouden, isoleren, afscheiden, separeren
loslaten (ww) :
vrijlaten, vrijmaken, losmaken, vrijgeven, niet vasthouden, afstaan
ontbinden (ww) :
scheiden, losmaken, verbreken, slaken, losbinden
ontspannen (ww) :
losmaken, afzwakken, loskomen, verslappen
vrijmaken (ww) :
loslaten, bevrijden, losmaken, ontzetten
afhaken (ww) :
loskoppelen, losmaken, loshaken
slaken (ww) :
ontbinden, losmaken, vieren
lossen (ww) :
loslaten, zeggen, losmaken
losbreken (ww) :
losmaken, afscheiden
afnemen (ww) :
losmaken
afscheiden (ww) :
losmaken
detacheren (ww) :
losmaken

woordverbanden van ‘losmaken’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

losmaken
bevestigen, binden, vasthechten, vastmaken

woorden met een verwante vorm:

werkwoord
zelfstandig naamwoord

zie ook:

bij andere sites:

in het Verwarwoordenboek van Jan Renkema:
synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0032 c