inbraak

als woordenboektrefwoord:

inbraak:
v. het inbreken in een huis om te stelen.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

inbraak (zn) :
kraak, braak, huisbraak

als synoniem van een ander trefwoord:

diefstal (zn) :
inbraak, beroving, verduistering, plundering, stroperij, roof, jatwerk, dieverij, ontvreemding
braak (zn) :
kraak, inbraak
huisbraak (zn) :
inbraak
kraak (zn) :
inbraak

woordverbanden van ‘inbraak’ grafisch weergegeven

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

inbraak
uitbraak

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.0021 c

Dankzij donaties zie je op deze en volgende pagina's geen advertenties.

Wist je dat synoniemen.net een eenmansproject is? Door te doneren help je bij het voortbestaan en om advertenties hier helemaal overbodig te maken.