koud

als woordenboektrefwoord:

koud:
bn. (-er, -st), niet warm of heet.

als trefwoord met bijbehorende synoniemen:

koud (bn) :
onbewogen, harteloos, onverschillig, onvriendelijk, onaangedaan
koud (bn) :
koelbloedig, koeltjes, klinisch, onderkoeld
koud (bn) :
ongevoelig, frigide, onaandoenlijk
koud (bn) :
koel, fris, kil, guur, ijzig
koud (bn) :
dood

als synoniem van een ander trefwoord:

onverschillig (bn) :
kalm, slordig, traag, ongevoelig, ijskoud, koel, koud, lusteloos, harteloos, sloom, laks, lauw, onbekommerd, onoplettend, zorgeloos, achteloos, onachtzaam, nonchalant, apathisch, ongeboeid, laconiek, flegmatiek, indifferent, gedesinteresseerd, ongeïnteresseerd
meedogenloos (bn) :
hard, ongevoelig, onbewogen, streng, genadeloos, keihard, koud, vastberaden, barbaars, harteloos, wreed, gewetenloos, onbarmhartig, onverbiddelijk, ongenadig, hardvochtig, onvermurwbaar, spijkerhard, niets ontziend, onmeedogend
triest (bn) :
bedroefd, somber, zielig, naar, koud, akelig, verdrietig, bedroevend, tragisch, treurig, droevig, ongelukkig, ellendig, troosteloos, jammerlijk, naargeestig, melancholiek, erbarmelijk, droef, desolaat, triestig
onbewogen (bn) :
hard, ongevoelig, ijskoud, strak, koel, koud, emotieloos, koelbloedig, wreed, onverschillig, meedogenloos, onberoerd, afgestompt, onaangedaan, cool
dood (bn) :
overleden, gestorven, koud, levenloos, ontzield, verscheiden, wijlen, kassiewijle, ontslapen, ter ziele, heengegaan
hard (bn) :
ongevoelig, onbewogen, streng, koud, wreed, meedogenloos, ruw, spartaans, onverbiddelijk, hardvochtig, smartelijk
onbarmhartig (bn) :
ongevoelig, genadeloos, koud, harteloos, wreed, liefdeloos, meedogenloos, onverbiddelijk, ongenadig, onmeedogend
flegmatiek (bn) :
kalm, ongevoelig, onbewogen, koel, koud, onverschillig, onverstoorbaar, stoïcijns, onaandoenlijk
kil (bn) :
ongevoelig, afgemeten, frisjes, koel, koud, onvriendelijk, guur, waterkoud
onaangenaam (bn) :
koud, zuur, onvriendelijk, onaardig, schots, stuurs, nurks, onbeminnelijk
kil (bn) :
frisjes, koel, koud, rillerig, waterkoud, onhartelijk
frigide (bn) :
ongevoelig, koel, koud, kil, ijzig
koel (bn) :
frisjes, koud, koeltjes, fris, kil
liefdeloos (bn) :
gevoelloos, koud, onbarmhartig
bar (bn) :
hard, streng, koud, guur
griezelig (bn) :
koud, rillerig
snijdend (bn) :
koud, guur
streng (bn) :
hard, koud
amper (bw) :
koud, nog maar net, weinig, nauwelijks, ternauwernood

woordverbanden van ‘koud’ grafisch weergegeven

in Charivarius' Een Ander Woord (1945):

in de lijst met antoniemen (woorden met een tegengestelde betekenis):

koud
heet, warm, zacht

woorden met een verwante vorm:

zelfstandig naamwoord

zie ook:

bij andere sites:

synoniemen-sites:
algemene woordenboeken:
oorsprong:
zinsverband en voorbeeldzinnen:
vertalen:
naar het
overige:

debug info: 0.004 c